Iedereen weet wel uit ervaring dat bij mensen hun levensgeluk, groei en persoonlijke ontwikkeling aan de ‘binnenkant’ zitten, en niet zozeer in ‘uiterlijkheden’ en bezittingen.
Ja, bij mensen gaat om het innerlijke (be)leven!
Daarmee zijn mensen anders dan alle andere bestaande levensvormen: mensen zijn namelijk geestelijke wezens, en het verstand is hiervan zowel het bewijs als essentiële eigenschap. Dáárdoor zijn mensen zich van zichzelf en anderen bewust, en kunnen denken, willen en besluiten nemen.
Om op dit vlak mensen te kunnen adviseren en/of te begeleiden is kennis onmisbaar over: 1) hoe gedragingen van mensen ontstaan (of: te beïnvloeden zijn) en 2) wat een mens ís.
Het gaat hierbij dus om twee verschillende soorten kennis, namelijk: kennis over het gedrag van de mens en: kennis over het wezen van de mens . Het Meer Moed Instituut baseert zich hiervoor op resp. de Individualpsychologie en de Bahá’í-leringen:
Individualpsychologie (hoe gedragen mensen zich?)
Op basis van waarnemingen en ervaringen over hoe mensen zich gedragen, zijn er vooral sinds ongeveer 100 jaar verschillende takken van psychologie ontwikkeld, die ieder, en vaak heel verschillende, ideeën en regels opgesteld hebben waarmee wordt geprobeerd, menselijk gedrag in kaart te brengen. Eén van die richtingen in de psychologie is de Individualpsychologie van Alfred Adler en Rudolf Dreikurs.
Het Meer Moed Instituut maakt gebruik van deze Individualpsychologie, omdat daarin de begrippen: moed en bemoediging centraal staan. Vrijwel elk menselijk probleem blijkt te verbeteren door het ontwikkelen van meer moed. Met voldoende moed is een mens in staat naar oplossingen te blijven zoeken – waardoor er tegelijk ook onvermoede innerlijke krachten en talenten vrijkomen. Daarmee kan op een meer creatieve en gepaste manier op levensproblemen worden gereageerd.
Literatuur *): in Nederland zijn individualpsychologische boeken bekend geworden als:
‘Het huwelijk, een uitdaging’ en: ‘Kinderen dagen ons uit’ [Rudolf Dreikurs]
‘Ouders en Kinderen, vrienden of vijanden?’ [R. Dreikurs en E. Blumenthal]
‘Kinderen opvoeden en vrede in het huis houden’ [Schoenaker / Platt]
‘Moed doet goed’ [Schoenaker]
‘In jezelf geloven’ [E. Blumenthal] met thema’s als: persoonlijke groei, moed en zelfvertrouwen, denken in niveau’s, en: de mens als lichaam-ziel-geest-eenheid.
Een inleiding over de Individualpsychologie uit dit boek vindt u hier .
Bahá’í-leringen (wat zijn mensen eigenlijk, en wat kunnen ze worden?)
Voor ons werk in het Meer Moed Instituut is het vooral ook nodig om een heldere visie te hebben op wat mensen zijn. Want zo’n visie geeft ten slotte richting en doel aan alles wat aangeboden wordt. Pas als we weten wat een mens is, kunnen we weten welk gedrag het best gekozen kan worden voor persoonlijke ontwikkeling.
Maar die cruciale vraag: “wat is een mens” ligt buiten het bereik van (psychologisch) onderzoek, omdat de mens nu eenmaal zichzèlf niet heeft gemaakt: zijn schepper en ontwerper is een ander dan hijzelf. Wij missen daarom ons eigen ontwerpplan en kunnen dus nooit zelf ontdekken wàt we zijn, waaróm we er zijn, en wat het beste is voor onze ontwikkeling.
Met andere woorden: voor dit soort informatie zouden we eigenlijk een soort handleiding van de ‘fabriek’ – van onze oorsprong: de Schepper – moeten hebben.
Nu, zolang de mens bestaat wordt daarin voorzien door de leringen van de Stichters van de grote godsdiensten in de wereld, die achtereenvolgend, als Opvoeders van de mensheid, mensen steeds hebben geleid naar geestelijke groei en sociale ontwikkeling. Bijvoorbeeld, de lering dat wij anderen moeten liefhebben, en dat wij die anderen moeten behandelen zoals wijzelf behandeld willen worden, benadrukt de morele houding en het vrede-bevorderende aspect die absoluut onmisbaar zijn voor zowel onze persoonlijke ontwikkeling, als voor maatschappelijke vooruitgang (gemeenschapsopbouw).
In de Bahá’í-leringen worden deze Opvoeders van de mensheid beschreven als krachten van één doorlopend beschavingsproces. En in de meeste recente wereldreligie: het Bahá’í Geloof, is voor dìt tijdperk het doel: het realiseren van de aanstaande eenheid van de mensheid.
In de Bahá’í-leringen is inderdaad heel veel informatie over het doel en het wezen van de mens, zoals bijvoorbeeld:
“Beschouwt de mens als een mijn, rijk aan edelstenen van onschatbare waarde. Alleen opvoeding kan de schatten ervan aan het licht doen komen, en de mensheid in staat stellen daarvan profijt te trekken.”
Vandaar dat “Beschouw de mens als een mijn vol edelstenen …” ook het motto is van het Meer Moed Instituut. En hoe dit praktisch kan worden vertaald leest u bijvoorbeeld in:
“Ik ben ik, een mens onderweg“.
Voor het Meer Moed Instituut vormen de Bahá’í-leringen **) de basis van hoe wij tegen mensen ‘aankijken’. Ze zijn de bron van ons begrip en respect voor de onvergelijkelijke hoge waarde en positie van mensen, en van ons vertrouwen in ieders oneindige ontwikkelingsmogelijkheden. Dááraan hopen wij met ons werk een steentje bij te dragen.
*) Voor deze en andere boeken over moed/bemoediging zie: www.uitgeverij-anode.nl
**) Voor meer informatie zie o.a.: www.bahai.org en www.bahai.nl